LAATSTE OORDEEL*
LAATSTE OORDEEL*
Het laatste oordeeel, de hel, het paradijs. Olieverf op eik - drieluik - middenpaneel 74.5 x 48 - luiken 77 x 20. Gemerkt H.(ieronymus) Bosch.
Het laatste oordeel. Drieluikgravure 33.5 x 49. Naar P. Breughel de Oude, P. vander Heyden.
Het laatste oordeel. Gravure 22.5 x 29. Jacob de Backer (Antwerpen 1560-1590). Prentenkabinet Antwerpen.
Het laatste oordeel. Olieverf op hout, 1.64 x 1.98. Gemerkt DONJ. De Backer 1571. Wijze van H. de Clerck. Kon Museum voor Schone Kunsten Antwerpen.
Laatste oordeel. Pentekening en hout, 21.8 x 25.2. Maarten de Vos (Antwerpen 1531 of 1532-1603). Tekenkabinet Musée de Louvre.
Het laatste oordeel. Tekening 26 x 20.2 uit een reeks van 8 tekeningen voor een missaal. Datum 1582. Plantijn-Moretus Museum Antwerpen. Vlaamsche School XVIe eeuw.
Het laatste oordeel. 2 panelen: de Verkorenen, de Verdoemden. Olieverf op hout, 83 x 56 en 83 x 52. Crispiaan Van den Broeck (Mechelen 1524-1591). H. Leonarduskerk Zoutleeuw.
Het laatste oordeel. Olieverf op hout, 1.54 x 1.14. Pieter van der Borcht (Mechelen 1545- Antwerpen 1608). Kon. Museum voor Schone Kunsten, Antwerpen.
Het laatste oordeel (Nieuw Testament), 27.5 x 18.5. Prentenkabinet Kon. Bibl. Brussel.
Bibliografie:
Auboyer Jeannine: Le Trône vide dans la tradition indienne. Cahiers archéologiques, 1952.
Auriol A.: La Descente de saint Paul en Enfer (manuscrit de la Bibliothèque de Toulouse), Trésor des Bibliothèques de France, 1930.
Benesch O.: Hieronymus Bosch and the Thinking of the Late Middle Ages. In Konsthistorisk Tidskrift, XXVI, 1957, p. 40-42.
Bervoets Kristel: Terugkeer schilderij naar stadsmuseum uitgesloten. “Het Laatste Oordeel” blijft in Brussel. In Het Laatste Nieuws, 26 april 2013.
Bouillet: Le Jugement dernier dans l’art aux douze premiers siècles. Paris, 1894.
Brenk R: Die Anfänge der byzantinischen Weltgerichtsoderstellung. In Byzantische Zeitschrift, nr. 57, 1964.
Brenk Beat.: Tradition und Neuerung in die Christlichen Kunst des ersten Jahrtausend. Studiën zur Geschichte der Weltgerichtsbilder. Wien, 1966, 258 p., 95 pl.,83 tafels, 25 fig. (Wiener Byzantinische Studien, 3). ( 27.734 R 3). Critique par Franke P. in Westfalen (Allemagne), 1971, jg. 49, nr. 1-4, p. 191-193 ( 23.145 R).
Bulletin des Commissions royales d’Art et d’Archéologie, II, 1863, p. 268.
Bulletin des Commissions royales d’Art et d’Archéologie, VI, 1867, p. 5.
Bulletin de la Gilde de St.-Thomas et St.-Luc, III, 1874-1876, p. 15, 53.
Byvanck A.W.: La Miniature dans les Pays-Bas Septentrionaux. Paris, 1937.
Calliste Niciphore: Histoire ecclésiastique II, p. 37. (Kleur mantels apostelen en edelstenen).
Chatelet A.: Sur un jugement dernier de Dieric Bouts. In Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek, nr. 16, 1965, p. 17-42.
Christe V.: Les grands portraits romans. Etude sur l’iconologie des théophnies romanes. Genève, Institut d’histoire de la faculté des lettres de l’université de Genève, 1969, 206 p., 20 f. en 24 pl. ( 36.363 R).
Cocagnac A.M.: Le jugement dernier dans l’art. Parijs, 1955, p. 58.
Conway M.: Catalogue of the Loan Exhibition of Flemisch and Belgian Art. Burlington House, London 1927. A Memorial Volume, London, 1927, p. 8, nr. 12. H.L. (= Hulin de Loo).
David F.: Faut-il renvoyer à Diest le “Jugement dernier”? In Le Soir, 29 mars 1959.
Debidour Victor Henry: Le bestiaire sculpti au Moyen-âge en France. Paris, 1961, 8 ill., 413 p. (Grandes études d’art et d’archéologie, 2.) ( 2534 R 2).
De Busscher Edm.: Un artistique au seizieme siècle: Le Jugement dernier, tableau du Musée de Gand. In Classe des Beaux Arts, 5 nov. 1863, p. 416.
de Campos D.H. et Biagetti B.: Il Giudizio universale di Michelangelo (Monumenti Vaticani d’Archeologia e d’ Arte), 2 vol., Rome, 1944.
Delen A.J.J.: Histoire de la gravure dans les anciens Pays-Bas?. Bruxelles, 1924, pl. XII.
De Maegd J.: “Het Laatste Oordeel” uit het stedelijk museum te Diest. In Meer Schoonheid, jg. 13, 1966, nr. 4, p. 3-5; jg. XIV, nr. 1, 1967, p. 10.
de Mély F.: Gazette des Beaux Arts, 583 li V., 1906, p. 26.
de Mély F.: Gazette des Beaux-Arts, 1927, T. XVI, p. 69.
De Mont Pol: Diest en zijne kunstschatten. I. Een onbekend schilderij. In De Toerist, g. 5, nr. 9, 1 Mei 1926, p. 228-231, 1 ill.
De Mont Pol: Diest en zijne Kunstschatten. I. Een onbekende Schilderij: “Het Laatste Oordeel” in de Trouwzaal ten Stadhuize. In Gazette van Diest, jg. LXIII,;1926 nr. 28, 10 juli, nr. 29, 17 juli.
Demonts Louis: Gazette des Beaux-Arts, L’exposition d’art flamand à la Royal Academy de Londres, T. XV, 1927, I, p. 257-258.
De Ridder J.H.A.: Gerechtigheidstaferelen voor schepenbanken in de Zuidelijke Nederlanden in de 14de, 15de en 16de eeuw. Verhandelingen van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België. Klasse der Schone Kunsten, jg. 51, 1989, nr. 45, p. 19-38.
De Ridder J.H.A.: Vlaamse primitief op de dool: “Het Laatste Oordeel” van Lieven van den Clite. In Bulletijn van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, 1989-1991, nr. 1-3, p. 91-123.
Destrée J.: Roger de la Pasture-van der Weyden, I, Parijs-Brussel, 1930, p. 151.
De Tolnay Charles: Le Jugement dernier de Michel-Ange. Essai d’Interprétation. The Art Quarterly, Detroit, 1940.
Devigne M.: Notes sur l’Exposition d’art flamand et belge à Londres. In Oud-Holland, XLIV, 1927, p. 70-72.
De Vreese A. L.: Een fraai verlucht vroeg-Agnetenbergs Getijdenboek in de Albertina te Brussel. In Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond, jg. 14, 1961, kolom 201-223.
De Wit C.J.: Die Utrechtschen Miniature des 15 Jahrhundert. Berlin, 1927.
Didier R: Recensis op “Les staurothèques mosanes et leur iconographie du Jugement Dernier”. In Revue hist. ecclés. belge, jg. 71, 1976, n° 1-2, p. 278-279.
Dijck Frans A.: “Het Laatste Oordeeel” te Diest. In Oost, Oost Brabantse Werkgemeenschap, jg. X, 1973, nr. 2, 3, p. 90-91.
Dijck Frans A.: Het Laatste Oordeel te Diest. In Mededelingen nr. 2, jg. 1975, uitgave van Sichting Arnoldus IV, Diest, 33 p.
Dijck Frans: Het Laatste Oordeel. In De Heerlijkheid Diest, 1979, p. 92-110.
Dohmann Albrecht: Die Altniederländische Malerei des funfzehnten Jahrhunderts vom Van Eyck bis Bosch, 1964.
Drost W.: Das jüngste Gericht des Hans Memling, Vienne, 1941.
Fierens-Gevaert H.: Histoire de la peinture flamande des origines à la fin du XVe siècle. Parijs-Brussel, 1927, G. Van Oest, I. Les Créateurs de l’art flamand. - Laatste Oordeel Diest, p. 45-47, pl. 57 en pl. 58 tegenover p. 46.
Finke Ulrich: Utrecht-Zentrum nordniederländischer Buchmalerei. In Oud Holland, jg. LXXXVIII, 1963, Amsterdam, J.H. De Bussy, p. 27-34.
Fournée Jean: Essai d’exégèse d’un oeuvre d’art: le Jugement dernier d’après le vitrail de la cathedrale de Coutances. Paris, 1964, 175 p., LXI pl. hors texte.
Franke P.: Rec. van: Brenk Beat. Tradition und Neuerung in die Christliche Kunst des ersten Jahrtausend. Studien zur Geschichte der Weltgerichtsbildes. In Westfalen, Munster. 49, nr. 1-4, p. 191-193. ( 23145 R).
Frieländer M.J.: Zur Londoner Leihausstellung belgischer Kunst. In Der Cicerone, XIX, 1927, p. 207-216. Reproductie van een “Laatste Oordeel” van een Nederlandse meester van 1430.
Gonzales Joaquin Diaz: Scoperta d’un grande segreto dell’Arte nel Guidizio Universale di Michel-Angelo. Rome, 1954.
Griendl E.: Le “ Jugement Dernier” de Crispin van den Broeck. In Bulletin de Musées royaux des beaux arts de Belgique, nr. 13, 1964, p. 159-168.
Harbison C.: The Last Judgment in sixteenth century Northern Europe. A study in art, revolution and change. In Dissertation Abstructs, section A, Worcester, Mass., 1972-1973, jg. 33, nr. 4, 1614 A.
Helbig J. & Vangelder G.: Het Laatste Oordeel van Zoutleeuw in 1874. Meer Schoonheid, nr. 1, 1970, p. 7-11.
Held S.: Dutch and Flemisch primitives in the Historical Society of New-York. In Art of America, jg. XXIII, 1935, p. 3-17, ill. Aertt Claes van Leyden: Laatste Oordeel (middenpaneel der Memorietafel van Dirk Jacobs zoon van Montfort).
Hermans Fernand: Het Laatste Oordeel te Diest. In Meer Schoonheid, jg. 27, 1980, nr. 2, p. 39-43, ill.
Homa R.: Jan Van Eyck and the Ghent altar-piece. In Burlington Magazine, feb. 1974, 166, nr. 855, p. 326-327.
Honorius of Autun: 3d Book of Elucidarium. ( Ca. 1100) in Englisch Encyclopaedia, V° : Last Judgment.
Harbison C.: The Last Judgment in sixteenth century Northern Europe. Astudy in art, revolution and change. In Dissertation Abstracts A, USA, 1972-1973, n° 1614 A. Iconographie du J.D. avant 1500-20 et après la Réforme.
Heist W.W.: The fifteen Signs befor Doomsday, 1852.
Hoogewerff G.J.: De Noord Nederlandsche Schilderkunst. Den Haag, 1937, deel II, p. 56 e.v.
Hoogewerff G.J.: Gelderse Miniatuurschilders in de eerste helft van de vijftiende eeuw. In Oud Holland, jg. LXXVI, 1961, nr. 1-2, p. 4 aanmerking 2-4, p. 53.
Hoogewerff G.J.: Enkele verlichte getijdenboeken. 1963.
Jessen P.: Darstellung des Weltgerichts bis auf Michelangelo. Berlin, 1883.
J.B.: Iets over de schilderij “Het Laatste Oordeel” uit de trouwzaal. In Gazette van Diest, jg. LXIII, nr. 47, november 1926.
Journal des Beaux Arts et de la Litérature, n° 14, 31 juillet 1872, 14e année, p. 114.
Katalog: Austellung “ Europäische Kunst um 1400”. Kunsthistorische Museum, Wien, 1962, Kat nr. 207.
Konrad M.: Das Weltgerichtsbild im Stadthause zu Diest. In Walraff-Richartz-Jahrbuch, Köln, III-IV, 1926-1927, p. 141-151, ill.
Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel. Catalogus der Oude Schilderkunst, Brussel, 1959, p. 115, nr. 972.
Kraus F.: Die Wandgemälde in die St. Georgs-Kirche zu Oberzell. Freiburg, 1874.
Kraus H.: Reinterpretation of the “rosendrad” on Beaulieu tympanum. In La Gazette des Beaux-Arts, vol. 65, april, 1965, p. 193-200, ill., bibl.
Künstler H.: Ikonographie der christlichen Kunst. Freiburg- in-Bresgau, 2 delen, 1926-1928.
Laatste Oordeel. In De Toerist, 1925, p. 228 en 248.
Laatste Oordeel. In Toerisme,, jg. XI, 1932, p. 75. Dit merkwaardige “Laatste Oordeel” (1420) thans in het Brusselsch museum, werd in 1924 door Pol De Mont in het stadhuis van Diest ontdekt.
La Fontaine Dosogne J.: Recensie: Verdier P. - Les Staurothèques mosans et leur iconographie du Jugement dernier. In Revue belge d’Archéologie et d’Histoire de l’Art, Anvers, jg. 41, 1972, p. 201-202.
Lambotte Paul: The Exhibition of Flemisch and Belgian Art, 1300-1900, Burlington House, 1927 II, in Apollo, Vol. V, nr. 26, february 1927, p. 51 e.v.
Landau Marcus ; Hölle und Fegefeuer in Volksglaube, Dichtung und Kirchenlehre, Heidelberg, 1910.
Lavalleye J.: La peinture et l’enluminure des origines à la fin du XVe siècle. In l’Art en Belgique du moyen-age à nos jours, 1939, p. 95.
Lefeve René L. A. - Sneyers René – Verhaegen-Veronee Nicole: Het laatste oordeel van Diest. In Diestiana, 1e kulturele uitgave van de Orde van den Prince afdeling Diest, 1971, p. 5-23.
Lejeune Jean: Les Van Eycks témoins d’Histoire. In Annales. Paris, 12 année, juillet-septembre, 1957, n° 3, p. 366. (5144 R).
Lejeune Jean: Catalogue de l’Exposition Liège et Bourgogne. Liège, Musée de l’Art wallon, octobre-novembre 1968, p. 148, n° 154.
Lejeune Jean: La Principeauté de Liège. (L 118 / 280).
Le Matin, Antwerpen, 29 nov. 1925, p. 4.
Lievens-De Waegh M.-L.: Le langage de l’image chez les “Primitifs flamands”. In Revue des archéologues et historiens d’art de Louvain, jg. 20, 1987, p. 161-162.
Lotthé Ernest: La pensée chrétienne dans la peinture.
Maeterlinck L.: La Pénétration Française en Flandre. Une Ecole Préeyckienne inconnue, Paris & Bruxelles, librairie nationale d’art et d’histoire, G. Van Oest, 1925, p. 31-35.
Mâle Emile: Le renouvellement de l’art par la mystère à la fin du Moyen-âge. In Gazette des Beaux Arts, 1904, tome I, p. 89, 205, 283; 1905, tome II, p. 379.
Mâle Emile: L’art réligieux de la fin du Moyenâge en France. Les derniers jugements, les peines et les récompenses. Paris, 1922.
Mantou Reine: Le thème des “Quinze signes du Jugement dernier” dans la tradition française. In Revue belge de Philologie et d’Histoire, 1967, p. 827-842, bibliographie p. 842.( 502 bis R).
Maret François ( ps. Frans van Ermengem): Les peintres de nus. Bruxelles, 1946, 108 p., 48 pl. Editions du Cercle d’Art (L’Art en Belgique) p. 28, pl IV.(3443 C 31).
Martin K.: Das Weltgerichtsbild im Stadhause zu Diest. In Walraf-Richartz-Jaarbuch, Köln, jg. III-IV, 1926-1927, ill., p. 141-151.
Maury A.: Recherches sur l’origine des représentations figurées de la Psychostasie, Rev. Arch., 1884.
Meinander Otto: Rec. over: Desanka Milo Sevic. Das Jungste Gericht (Recklinghausen). In Bulletin de la Société Archéologique Copte, 1967-1968, t. 19, p. 302-304. (42.622 R).
Messager des sciences historiques de Belgique, Gand, 1872, p. 376-377.
Millet G.: La Dalmatique du Vatican (Etude sur les cycles du Jugement dernier inspirés par les sermons d’ Ephrem le Syrien). Paris, 1941.
Milo Sevic Desanka: The Last Judgment. Recklinghause, London, Bongers, Universal Tandem, 1967, 80 p., fig.
Milo Sevic Desanka: Das Jungste Gericht ( Recklinghausen), 1963.
Moes E. W.: Schilderijen van Hollandsche enVlaamsche meesters in Raadshuizen. (III 99893 C).
Müller Hofstede J.: Jacques de Backer; ein vertreterder florrenterrische römischer Maniera in Antwerpen. Wahlraf Richartz Jahrbuch, 1973, 35, p. 232- 239.
Nollee de Noduwez Jules: Causeries sur les arts et la littérature. Le Jugement dernier à Montaigu. In Messager des sciences historiques, Gand, 1875, p. 242-243.
Onasch Konrad: Rec. over Milo Sevic Desanka: Das Jungste Gericht (Reckinghausen), 1963. In Orientalis Litteratur zeitung. T. 60, 1965, col. 577.
Paeseler W.: Die römische Weltgerichtstafel im Vatican. In Jahrbuch der Bibl. Hertziana, II, Leipzig, 1938, p. 311-394.
Panofsky E.: Early Netherlandisch Painting. Its Origins and Character. Cambridge, Mass., I, 1953, p. 101 en nota 101 (1) en nota 242(8).
Pascal Henriette: Un “Primitif” Français à Saint-Vulfran D’Abbéville. In Gazette des Beaux Arts, Paris, jg. 65, 5de reeks, t. V, p. 249-260.
Perrot F.: La rose de l’église de Dannemarie-en Mantois. In Bulletin de la Société d’Histoire et d’Archéologie de Provins, 1970, nr. 124, p. 53-69, 10 fig., 8 Médaillons Jugement Dernier 13e siècle.
Petas Frantisek: Das jüngste Gericht; mittelalterlicher Mosaik von Prager Veitsdom. Photographien von Alexander Paul, Deutsch von Erich Winkler, Prag, 1958.
Pinchart Alexander: In Bulletin de l’Academie royale des sciences, des lettres et des beaux arts de Belgique, 1854, tome XXI, 1re partie, n° 3, p. 186-200:* p. 199: Le conseil de Flandre avait en finis des vicissitudes dans le cours du XVe siècle. De Gand ou elle s’était fixée en 1407, cette cour de justice fut transférie à Courtrai en 1440, et retourne à Gand l’année suivant. Nous la trouvons etablie à Dermonde (?), en 1466, à Ypris, en 1451; en 1453 elle revient à Gand et fut en cire obligée de quitter cette ville en 1487.
- Les troubles qui agitèrent la Flandre pendant la seconde moitié de XVe siècle nécessisterent ces nombreux eplacements.
- Le tes-bel tabbel, du peintre gantois doit evidemment souffrir beaucoup dans ces voyages. Aussi le conseil consacre-t-il, en 1482, une somme de 30 livres f. p. la moitié; remarquons le bien du prix payé à Lievin Vanden Clitte, pour le faire restaurer par Augustin de Brune, peintre de Gand (1). Faisons observer en passant que le nom de ce dernier manque egalement dans le register de la corporation des peintres et sculpteurs que nous avons cité.
- Ou devient ensuite le “Jugement du Christ”? Nous l’ignorons. Peut-être en fait-il attribuer la disparition aux evenements qui prennent une si grande ...dans notre histoire de XVe siècle, et aux quels nous devons la perte de tout de richesse artistiques...
- (1) Meester Augustin de Brunne, schilder, wonende te Ghendt, de somme van dertich pondt precisis, over stoffe ende façoers vermaect ende gherepareert te hebben een tople (?) van der Oordeels Ons Liefs Heeren, hangende in de camere van den Rade daer men drinct, bij compositie ghemaect metten vorschreven Augustin bij mynen heeren van de Rade de voorschreven somme van XXX L.p.
- (Register n° 21852 ibidem).
Réau Loius: Iconographie de l’Art Chrétien, II Iconographie de la Bible, 2. Paris, Presse Universitaires de France, 1957, p. 727-757. Fig. 46: Jugement dernier de Torcello.
Sauerlaender W.: Ueber die Komposition des Weltgerichtstympanons in Autun. In Zeitschrift für Kunstgeschichte, jg. 29, nr. 4, 1966, p. 261-294.
Schilders van een Laatste Oordeel:* Corneill Van der Goes (1494-1497)-gerestaureerd door Gerard Pieters in 1542)
- Raphael Van Cox (Gent)
- Bernard van Orley
- Frans Floris
- Luc de Heere
- Barthheley Spranges
- Gaspard Heuvick
- Henri Herregouts (1685 Brugge).
Schneider H.: Die Ausstellung flämischer und belgischer Kunst in London. In Zeitschrift für bildende Kunst, tome XI, 1927, p. 39.
Servais M. en van der Linden G.: Het stadhuis te Diest. In Gemeentekrediet van België, driemaandelijks Bulletin, 1958, p. 11.
Servais M en van der Linden G.: Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel. Catalogus der Oude Schilderkunst, Brussel, 1959, p. 115, n° 972.
Slachmuylders Roel: Het laatste oordeel van Diest (ca. 1430-1445). Een kritische studie. Licentiaatsthesis, 2 vol., Leuven, 1987.
Slachmuylders Roel en De Moor Michaêl: 80 topwerken in het stedelijk museum te Diest. Diestsche Cronycke, nr. 10, 1999, 192 p., ill.
Slachmuylders Roel: Het laatste oordeel. In 80 topwerken in het stedelijk museum te Diest. Diestsche Cronycke, nr. 10, 1999, p. 10-13.
Slachmuylders Roel: Anonymous Last Judgment. In The flemisch primitives, volume V, Catalogue of early Netherlandisch Painting in the Royal Museum of fine arts of Belgien, Brussels, 2009, p. 57-107, ill.
Smits K.: De iconografie van de Nederlandsche primitieven. Uitg. “De Spieghel”, Amsterdam en De Standaard-Boekhandel-Brussel-Leuven-Antwerpen, 1933, p. 219-235. Diest p. 220-221. ( IVV 4114 B).
Sneyers R. en Veronee-Verhaegen: Le Jugement Dernier de Diest. In Bulletin van het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium, 10, 1967/1968, p. 99-120.
Sneyers R.: Het Laatste Oordeel. In Diestiana. Uigave van de Orde van den Prince. Diest, jg. 1, 1971, p. 5-23.
Spiegerköter G.: Die Darstellung des Weltgerichts von 1500 bis 1800 in Deutschland, 1939.
Steinberg L: Michelangelo’s last judgment as marciful heresy. In Art in America U.S.A., 1975, jg. 63, nr. 6, p. 48-63.
Steppe J.K.: Een Diestse primitieve schildersgroep? In Aspecten van de laatgotiek in Brabant. Tentoonstellingscatalogus, Leuven, 1971, p. 160-168.
Sterling C.: Les émules des primitifs. In Revue de l’Art, Paris, 1973, n° 21, p. 80-93, 39 fig. (34.781 R 4°)
Timmers J.J.M.: Symbolieken Iconographie der Christelijke kunst. Roermond, 1947, p. 723, nota 1677.
Timmers J.J.M.: De kunst van het Maasland. II. De Gotiek en de Renaissance. Assen, 1980, p. 271-273.
The Burlington Magazine XLI, 1922, pl. 1 tegenover p. 110.
Toescher G.: Weltgerichtsbilder in Rathäusern und Gerichtstätten. In Wallraf-Richartz-Jahrbuch, XI, 1939, p. 139-214. Fig. 113, 116, 121, 124, 129, 130, 145, 147, 148-150, 174.
Van der Haeghen V.: Mémoire sur les documents tous relatifs aux anciennes peinture, sculpture et gravure flamand.
van der Linden Gilbert: Wedervaring van het schilderij “Het Laatste Oordeel” uit Diest. In Brabant, Augustus 1960.
van der Linden Gilbert: Een blik op het schilderij “Het Laatste Oordeel”. Informatieblad van het Economisch Coördinatiecomité voor het Hageland, september 1961, jg. 3, nr. 2, p. 6-8.
Van de Ven Robert: Schilders vermeld in de Diestse archieven gedurende de XIVe, XVe en XVIe eeuw. In Arca Lovaniensis. Artes atque historiae reserans documenta, jg. 1, 1972, p. 203-237.
Van de Ven Robert: Omtrent het Laatste Oordeel te Diest. In Oost, Oost Brabantse Werkgemeenschap, jg.X, 1973, nr. 4, p. 106-108.
Van de Ven Robert: Enige aantekeningen bij Het Laatste Oordeel van Diest. In Meer Schoonheid, jg. XXIX, 1982, nr. 4, p. 98-105.
Van de Ven Robert: Enige aantekeningen bij Het Laatste oordeel van Diest. In De Mosterdpot, jg. 6, 1983, nr. 1, p. 23-27.
Van de Ven Robert: Het Laatste Oordeel. In Nicolaes Cleynaerts (1493-1993) van Diest tot Marokko. Tentoonstellings-catalogus. In De Brabantse folklore en geschiedenis, nrs. 278-279, 1993.
Van Doorslaer Georges: Les tableaux du Grand Consul de Malines. In Handleiding van de Koninklijke Kring van Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, 1939, p. 160.- Jugement dernier sur la cheminée de François Sanders (1526) et refraichie par Christian Brun, ou de Bruyne.
Van Elslande R.: Het Laatste Oordeel van de meester van Diest, met name Lieven van der Clite (en Augustijn de Brune). In Meer Schoonheid, jg. 33, 1986, p. 98-108.
Van Elslande R.: Het Laatste Oordeel van Meester van Diest, met name Lieven van der Clite (en Augustijn de Brune). In Meer Schoonheid, jg. 34, 1987, p. 1-12, 33-44, 82-84, ill.
Vangelder G.: Hoeveel was het “Laatste Oordeel” van Diest een eeuw geleden waard? In Meer Schoonheid, jg. 16, 1969, nr. 4, p. 124.
Vangelder G.: Het Laatste Oordeel van Zoutleeuw in 1874. In Meer Schoonheid, jg. XVII, 1970, nr. 1, p. 7-11, afb.
Van Marle R.: The development of the Italian Schools of painting. The Hague, 1933-1938.
Van Puyvelde Leo: Het laatste Oordeel afkomstig uit het stadhuis van Diest. In Kunst en Kunstgeschiedenis, Antwerpen, 1950, p. 134-144.
Van Puyvelde Leo: La peinture flamande au siècle des Van Eyck. Paris-Bruxelles, New York, Amsterdam, Elsevier, 1953, 355 p. Diest, Laatste Oordeel p. 55-56. (IV 36.198 B).
Van Puyvelde Leo: A “Last Judgment” in the Musée Royal, Brussels. In The Burlington Magazine, LII, May 1928, nr. 302, p. 222- 230, met afbeeldingen.
Van Puyvelde Leo: La peinture flamande au siècle des Van Eyck. Elsevier, 1953, p. 55.
Van Puyvelde Leo: Het “Laatste Oordeel” afkomstig uit het Stadhuis van Diest. In Onze Kunst, XXIV, 1928, deel 45, p. 25-33. Er bestaat een overdruk.
Van Puyvelde Leo: Le jugement dernier provenant de l’hotel de ville de Diest. In La Revue d’Art, Anvers, jg. XXIV, 1928, deel XXIX, p. 24-31, 2 fig. (IV 24.648 B).
Van Werveke A.: Het Laatste Oordeel van den Gentenaar Jan Van Der Clite, 1413. In De Bouwgids, jg. 20, nr. 5, mei 1928, p.118-119.
Van Werveke A.: Het Laatste Oordeel van den Gentenaar Jan van der Clite, 1413. In Gazette van Diest, jg. LXV, juini 1928, nr. 24.
Verdier P.: Les staurothèques mosanes et leur iconographie du Jugement dernier. In Cahiers de Civilisation Médiévale. Université de Poitiers, 1973, 16, nr. 2, p. 98-121, 8 pl.; nr. 3, p. 199-213, 8 pl. (20.751 R).
Verheyen E.: Das fürste-portal des Bamberger Domes: zum problem des Bamberger Meisters. In Zeitschrift für Kunstwissenschaft, jg. 16, 1962, nr. 1-2, p. 1-40.
Von der Mülbe W.H.: Die Darstellung des Jüngsten Gerichts an den romanischen und gotischen Kirchenportalen Frankreichs. Leipzig, 1911.
von Tolnay K.: Zur Herkunft des Stiles der Van Eyck. In Müncher Jahrbuch der bildende Kunst. N.S., IX, 1932, p. 330, nota 10.
Voss Georg: Das Jüngste Gericht in der Kunst des frühen Mittelalters. Leipzig, 1884.
Winkler Konrad Martin: Die Altniederländische Malerei. Berlin, 1924, afb. 1
Winkler Prins van de Kunst, II, 1959, p. 381.
X.: Le Roy L, schilder herstelt Laatste Oordeel van Diest in 1867-1870.
X.: 1929: Kopie akte verkoop van het Laatste Oordeel. Beschrijving van de gronden die de stad in eigendom kreeg. Plan van de gronden.
DEEL II
Crespadi - Een Boekwerk Over Diest